Kennis delen leidt tot vermenigvuldiging van resultaat. Daarom maken wij ook aan het eind van 2025 graag het verschil met nuttige tips en adviezen voor jou als dga. Heb je bijvoorbeeld geleend van je eigen bv? Controleer dan de schuldenlast. Je leest erover in het eerste bericht. En denk je erover om dividend uit te keren? Lees onze tips.
Blijf eenvoudig op de hoogte om te plussen met financieel voordeel. Heb je vragen naar aanleiding van deze berichten of wil je graag eens sparren? Reken op telt®.
Als je samen met je partner schulden bij je eigen bv hebt die meer bedragen dan € 500.000, dan wordt het meerdere boven de € 500.000 als aanmerkelijk belangvoordeel in box 2 belast. Leent je bv aan je (klein)kinderen of aan je (groot)ouders of die van je partner? Dan geldt voor jou de grens van € 500.000 ook ten aanzien van deze verbonden personen en hun partners. Als zij zelf geen aanmerkelijk belang in je bv hebben (5% of meer), dan vindt de belastingheffing over het meerdere boven deze € 500.000 bij jou plaats. Hebben zij zelf wel een aanmerkelijk belang, dan vindt de heffing bij de lener/verbonden persoon plaats.
Eind 2025 controleert de Belastingdienst de schuldenlast bij je eigen bv. Zorg ervoor dat je deze dan zo veel als mogelijk hebt teruggebracht tot maximaal € 500.000. Dat kan bijvoorbeeld door de lening af te lossen met privémiddelen of met een dividenduitkering. In sommige gevallen is het fiscaal beter de excessieflenenheffing te aanvaarden in plaats van het doen van een dividenduitkering. Vraag je adviseur wanneer dit het geval is. Een andere optie is dat je een deel van de schuld herfinanciert bij een bank. Heb je vastgoed in privé? Dan zou je kunnen overwegen om dit te verkopen om met de opbrengt de schuldenlast bij je eigen bv terug te brengen.
Geen dubbele heffing
Eind 2023 was de drempel voor het excessief lenen € 700.000. Was je schuldenlast toen hoger dan deze drempel, bijvoorbeeld € 800.000. Dan heb je in de aangifte IB 2023 het meerdere (€ 100.000) moeten aangeven als inkomsten uit aanmerkelijk belang (ab-inkomen). Eind 2024 is de drempel verlaagd naar € 500.000. Had je dan nog steeds een schuld van € 800.000, dan toetste je eind 2024 opnieuw of je ab-inkomen moest aangeven vanwege een te hoge schuldenlast bij je eigen bv. Maar doordat je in 2023 al over € 100.000 box-2-heffing hebt voldaan, werd de drempel eind 2024 met € 100.000 verhoogd van € 500.000 naar € 600.000. Je hebt daardoor in de aangifte IB 2024 € 200.000 moeten aangeven (€ 800.000 minus € 600.000) als belast ab-inkomen. Zo wordt dubbele heffing voorkomen. Zonder de ophoging van de drempel had je immers € 300.000 (€ 800.000 minus € 500.000) als ab-inkomen moeten aangeven in je IB-aangifte 2024. De drempel is dit jaar € 500.000 gebleven. Is de schuld bij je eigen bv eind 2025 nog steeds € 800.000? Dan wordt voor de toepassing van de excessieflenenregeling in 2025 de drempel eerst verhoogd met € 300.000. Hierover heb je immers in 2023 en 2024 al box-2-heffing betaald. De drempel is daardoor € 800.000. Je hoeft daarom in 2025 geen ab-inkomen aan te geven op grond van de excessieflenenregeling.
Eigenwoningschulden
Op 31 december 2022 bestaande eigenwoningschulden bij je eigen bv zijn uitgezonderd van de excessieflenenregeling. Ben je deze schulden daarna aangegaan? Dan moet je een hypotheekrecht hebben verstrekt aan je eigen bv om onder deze uitzondering te vallen. Onder eigenwoningschulden vallen in dit verband alleen de schulden die zijn aangegaan voor de woning die als hoofdverblijf wordt gebruikt en dus niet schulden die zijn aangegaan voor een tweede woning of vakantiehuis.
Het lage box-2-tarief van 24,5% geldt dit jaar voor de eerste € 67.804 inkomen uit een aanmerkelijk belang per belastingplichtige. Heb je een fiscaal partner? Dan geldt het lage box-2-tarief tot € 135.608 bij een gelijke verdeling tussen jou en je partner. Boven € 67.804 inkomen uit een aanmerkelijk belang per belastingplichtige geldt het hoge tarief van 31%. Overweeg je om dit jaar een dividenduitkering te doen? Houd dan ook rekening met de gewijzigde systematiek van de algemene heffingskorting. De afbouw van deze heffingskorting vindt namelijk niet meer alleen plaats over je box-1-inkomen, maar ook over je inkomen uit box 2 en box 3. Keer je dividend uit, dan telt dit dus mee voor de afbouw van de algemene heffingskorting en krijg je dus minder korting.
Ben je AOW-gerechtigd en heb je recht op de ouderenkorting? Dan wordt ook die korting bij een dividenduitkering in 2025 sneller afgebouwd.
Actiepunt
Wil je dividend uitkeren in 2025? telt® kan vooraf berekenen welk bedrag aan dividend netto het meest oplevert.
Als je bv vennootschapsbelasting moet bijbetalen, kan zij daarover 9% belastingrente in rekening gebracht krijgen. Dit kun je voorkomen door een reële inschatting te (laten) maken van de verschuldigde vennootschapsbelasting. Doet jouw bedrijf het beter dan je begin 2025 had verwacht en is de winst waarschijnlijk hoger. Verzoek dan om een aanvullende voorlopige aanslag.
Hoogte belastingrente ter discussie
Er lopen momenteel procedures tegen de hoogte van de belastingrente in de vennootschapsbelasting. Een van deze zaken ligt nu bij de Hoge Raad, de hoogste belastingrechter. De adviseur van de Hoge Raad heeft geconcludeerd dat de belastingrente in de vennootschapsbelasting te hoog is. Hij heeft de Hoge Raad geadviseerd om de rente te verlagen. Op het moment van schrijven van deze bijdrage had de Hoge Raad het verlossende woord nog niet gesproken. We houden je op de hoogte.
Verliezen uit een aanmerkelijk belang (ab) die vanaf 2019 zijn ontstaan, zijn nog 6 jaar verrekenbaar met toekomstige ab-winst, bijvoorbeeld met toekomstige dividenduitkeringen of winst bij verkoop van de ab-aandelen. De achterwaartse verliesverrekening is 1 jaar. Een ab-verlies uit 2019 is dus na 31 december 2025 niet meer verrekenbaar. Voor ab-verliezen uit 2018 en eerdere jaren is de oude termijn van 9 jaren blijven gelden. Een ab-verlies uit 2016 is dus na 31 december 2025 niet meer verrekenbaar. Door tijdig actie te ondernemen, kun je (een deel) van de verliezen wellicht toch nog verrekenen. Vraag ons naar de mogelijkheden die je dit jaar hebt.
Heb je een onverrekenbaar ab-verlies in box 2, omdat je geen aanmerkelijk belang meer hebt? Je kunt dan in de 9 jaren na het jaar waarin je het ab-verlies hebt geleden, het ab-verlies laten omzetten in een belastingkorting in box 1. Je kunt dus een ab-verlies dat je in 2016 hebt geleden nog tot 31 december 2025 laten omzetten in een belastingkorting in box 1. Deze korting kun je verrekenen met de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen in box 1 over het jaar 2025.
Om personeel aan je te binden kun je als werkgever werknemers laten delen in de waardeontwikkeling van je onderneming. Er zijn verschillende vormen van werknemersparticipaties, bijvoorbeeld (certificaten van) aandelen, opties en winstafhankelijke bonussen. Soms kan zo’n werknemersparticipatie een lucratief belang zijn. Dit doet zich vooral voor bij fonds- en bedrijfsmanagers in de private-equitysector, waarbij fondsmanagers als onderdeel van hun beloningsstructuur vermogensbestanddelen ontvangen, waarmee zij hoge rendementen kunnen behalen. Bij private equity wordt geïnvesteerd in aandelen van niet-beursgenoteerde bedrijven, waarvan de verwachting is dat die zullen groeien. Als mede-eigenaar delen de aandeelhouders dan in de groei (en de risico’s) van dat bedrijf. De excessieve rendementen die fonds- en bedrijfsmanagers in de private-equitysector vaak maken uit deze aandelenbelangen worden in beginsel belast in box 1, maar onder voorwaarden kunnen deze belast worden in box 2 als inkomen uit een aanmerkelijk belang (de zogenoemde aanmerkelijkbelangvariant).
Aanmerkelijkbelangvariant
De manager houdt dan het lucratief belang via een aanmerkelijk belang in een kapitaalvennootschap. Een aandeelhouder heeft een aanmerkelijk belang bij een aandelenbezit van 5% of meer. Om te voorkomen dat de excessieve rendementen te laag worden belast, is de lucratiefbelangregeling aangepast. Houders van een middellijk lucratief belang gaan vanaf 1 januari 2028 meer belasting betalen. Daartoe wordt de heffingsgrondslag verbreed, waardoor de effectieve belastingdruk in box 2 wordt verhoogd tot maximaal 36%, afhankelijk van de belastingschijf waarin het voordeel valt. Valt het voordeel uit het lucratief belang in de eerste belastingschijf van box 2? Dan is de effectieve belastingdruk niet 24,5% maar 28,45%. Valt het voordeel in de tweede schijf? Dan is de effectieve belastingdruk niet 31% maar 36%.
Uitgestelde inwerkingtreding
In het Belastingplan 2026 was voorgesteld om deze maatregel al op 1 januari 2026 in werking te laten treden. Maar de Tweede Kamer wilde uitstel tot 1 januari 2028 vanwege waarschuwingen van de Belastingdienst over fraudegevoeligheid en uitvoeringsproblemen. Bovendien zou de maatregel onbedoelde gevolgen hebben voor werknemersparticipaties bij start- en scale-ups. Je hebt nu dus nog twee jaar langer de tijd om een voordeel uit je lucratief belang te genieten tegen de bestaande box-2-tarieven.
Fondsen voor gemene rekening (fgr’s) die tot 31 december 2024 transparant waren, konden vanaf 1 januari 2025 zelfstandig belastingplichtig worden. Dit is het gevolg van de gewijzigde definitie van het fgr, waardoor zij vanaf 1 januari 2025 voldoen aan de voorwaarden voor het zijn van een fgr. Dit gold (en geldt) niet voor het fgr waarvan de bewijzen van deelgerechtigdheid uitsluitend vervreemd kunnen worden aan het fonds zelf (een inkoopfonds). De fgr’s die na 1 januari 2025 transparant wilden blijven, konden onder voorwaarden een inkoopfonds worden. Maar omdat zij vaak te weinig tijd hadden om nog vóór de jaarwisseling aan de voorwaarden te voldoen, werd er een overgangsregeling getroffen. Op grond van deze regeling kon een fgr vanaf 1 januari 2025 een inkoopfonds zijn als voor die datum het voornemen bestond om te herstructureren én het fonds uiterlijk op 31 december 2025 aan de voorwaarden voor het zijn van inkoopfonds voldoet.
Fondsen voor gemene rekening die ervoor gekozen hebben om per 1 januari 2025 een inkoopfonds te zijn, doen er verstandig aan om voor het einde van het jaar te controleren of zij daarvoor aan alle voorwaarden voldoen.
Op deze pagina is de stand van zaken in wet- en regelgeving verwerkt tot en met 28 november 2025. Hoewel de uiterste zorg is nagestreefd ten aanzien van de inhoud, kan niet volledig worden ingestaan voor eventuele fouten en onvolledigheden. telt® sluit bij deze de aansprakelijkheid hiervoor uit. Voor een toelichting kun je altijd contact met ons opnemen.