Voor een goede bedrijfsvoering is het wenselijk dat houders van fokvarkens hun varkens individueel kunnen merken. Dit was echter niet mogelijk, omdat dierenwelzijnsregels slechts twee ingrepen toestonden in het kader van identificatie en registratie. Zeugen, gelten en beren die uiteindelijk naar de slacht worden gebracht, hebben op basis van de bestaande regelgeving al een tweetal merken. Ten eerste het verplichte I&R-merk en ten tweede het slachtmerk. Deze merken zijn echter voor de bedrijfsvoering niet goed bruikbaar (te klein en moeilijk afleesbaar).
Na overleg met de sector heeft de Minister van LNV besloten het toepassen van een gebruiksmerk toe te staan. Een dergelijk merk maakt individuele herkenning van de fokvarkens mogelijk en is ook geschikt als slachtmerk. Daardoor blijft het aantal ingrepen voor identificatie beperkt tot twee.
Het gebruiksmerk mag alleen toegepast worden bij fokvarkens en niet bij biggen die zijn bestemd voor het afmesten.