Al langere tijd wordt door milieuorganisaties bestreden dat emissiearme stalsystemen niet de reductie hebben die ze beloven. Uit recente uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State blijkt dat er inderdaad te veel onzekerheid is over het stikstof reducerend effect van drie stalsystemen. De minister voor Natuur en Stikstof heeft in een kamerbrief aangegeven dat deze onzekerheid gevolgen heeft voor alle typen emissiearme stalsystemen uit de Regeling ammoniak en veehouderij (Rav). Vergunningverlening waarbij een emissiearm systeem wordt aangevraagd, zal alleen nog onder striktere voorwaarden mogelijk zijn. Geen gevolgen voor verleende natuurvergunningen Voor natuurvergunningen die al zijn verleend en waarbij het niet meer mogelijk is om bezwaar of beroep in te stellen, zijn er in principe geen gevolgen. Hetzelfde geldt voor agrarische ondernemers die op basis van intern salderen een emissiearm stalsysteem hebben gebouwd en een positieve afwijzing voor hun vergunningaanvraag hebben gekregen van het bevoegd gezag. In beide gevallen is er voor bevoegde instanties volgens de minister geen aanleiding om te handhaven. Nieuwe aanvragen Voor agrarische ondernemers die van plan zijn om een nieuw emissiearm stalsysteem te bouwen, betekent dit dat zij een natuurvergunning moeten aanvragen en daarbij een passende beoordeling moeten uitvoeren. Als sommige stalsystemen eerder met voldoende zekerheid reduceren, dan zal het makkelijker zijn om vergunningen te verlenen. Het kabinet en de provincies hechten er aan de procedure voor vergunningaanvraag zo eenvoudig mogelijk te laten verlopen en de agrarische ondernemers hier zo goed mogelijk bij te ondersteunen. In overleg met provincies, en vanzelfsprekend met de agrarische sector, wordt een handreiking geschreven waaruit blijkt wat er op moment mogelijk is; het streven is om deze medio 2023 gereed te hebben. Enkel de berekening in AERIUS Calculator, op basis van de Rav-factoren, is niet meer voldoende.