Minister Koolmees heeft opdracht gegeven aan UWV om de tijdelijke overbruggingsregeling voor flexibele arbeidskrachten (TOFA) in te voeren. Het streven is om het aanvraagloket op 22 juni 2020 gedurende drie weken open te stellen.
Om de doelgroep van de regeling te vergroten wordt het drempelbedrag verlaagd tot € 400 bruto. De hoogte van de tegemoetkoming wordt vastgesteld op € 550 bruto per maand, in plaats van € 600 per maand, over de maanden maart, april en mei. Deze hoogte sluit beter aan bij het drempelbedrag van € 400 en zorgt ervoor dat er niet een te grote groep ontstaat die een hogere tegemoetkoming krijgt dan men voorheen zelf verdiende. In lijn met de aangepaste hoogte zal ook het maximuminkomen over april worden vastgesteld op € 550 bruto. Mensen die in april meer verdienden, komen niet in aanmerking voor de TOFA. De TOFA-tegemoetkoming is een compensatie voor gederfd loon en heeft de vorm van een eenmalige bruto tegemoetkoming. De tegemoetkoming wordt behandeld als loon, wordt ook als zodanig belast en vormt inkomen voor toeslagen. De tegemoetkoming zal bij wet met terugwerkende kracht worden aangemerkt als loon uit vroegere dienstbetrekking en het UWV zal daarbij worden aangewezen als inhoudingsplichtige, zodat het UWV loonheffing kan inhouden. Vanwege de korte implementatietermijn is het voor het UWV niet uitvoerbaar om op basis van een uitvraag bij de aanvrager wel of niet algemene heffingskorting toe te passen. Het UWV zal daarom in beginsel bij alle TOFA-tegemoetkomingen de algemene heffingskorting toepassen. Dit kan ertoe leiden dat gerechtigden bij moeten betalen op de aanslag inkomstenbelasting als blijkt dat de algemene heffingskorting bij twee inhoudingsplichtigen is toegepast. Een en ander zal met terugwerkende kracht bij wet worden geregeld. De regeling zal zo snel mogelijk in de Staatscourant worden gepubliceerd. Pas op 19 juni kan worden aangegeven of de datum van 22 juni voor UWV haalbaar is.
Bron: Min. SZW 2-6-2020