De bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) in de schenk- en erfbelasting maakt het mogelijk om uw onderneming fiscaalvriendelijk over te dragen naar de volgende generatie. In veel gevallen is de bedrijfsoverdracht dan namelijk geheel vrijgesteld of slechts beperkt belast. Zo komt de continuïteit van uw bedrijf niet in gevaar. Eind 2022 werd aangekondigd dat de BOR zou worden versoberd. Uit een recente brief van demissionair staatssecretaris Van Rij lijkt de ‘schade’ voor veel mkb-bedrijven mee te vallen. De acht voorgestelde maatregelen spitsen de BOR meer toe op reële bedrijfsopvolgingen en dit pakt lang niet altijd slecht uit voor uw familiebedrijf.
De voorgestelde maatregelen zijn complex en nog niet definitief. Bovendien worden ze pas in 2025 en 2026 ingevoerd, mits het parlement ermee instemt. We beperken ons hier daarom tot het noemen van de verhoging van de vrijstelling in de BOR per 1 januari 2025 tot € 1,5 miljoen (nu tot ruwweg € 1,2 miljoen) en 70% (nu 83%) over het meerdere. Dit gaat dan wel ten koste van de nog grotere (mkb-)bedrijven, maar ook voor die bedrijven blijft de vrijstelling aanzienlijk.
Nu het kabinet is gevallen, is het onduidelijk welke vervolgstappen er nog door het demissionaire kabinet zullen worden gezet. Maar we houden de ontwikkelingen rondom de BOR scherp in de gaten en komen hier zeker op terug als er nieuwe ontwikkelingen te melden zijn.
Een andere maatregel met betrekking tot de BOR was al aangekondigd in het Belastingplan 2023: aan derden verhuurd vastgoed wordt vanaf 2024 standaard aangemerkt als beleggingsvermogen. Hierop kan de BOR dus niet (meer) worden toegepast. De BOR geldt immers alleen voor ondernemingsvermogen. Hiermee komt vanaf 2024 een einde aan de discussies met de Belastingdienst over de vraag of bij (vaak omvangrijke) vastgoedportefeuilles wel of geen sprake is van het drijven van een onderneming.